Wakers zoeken vrijwilligers

Van onze redactie
8 juli 2017
Mensen thuis helpen in hun laatste dagen

“Het zou inderdaad best kunnen, dat we vanwege het succes van het Hospice nu minder vrijwilligers hebben die bij mensen thuis willen waken”. Martijn Derks, als bestuurslid van de stichting VPTZ (Vereniging Palliatieve Vrijwillige Zorg) verantwoordelijk voor het vrijwilligersbeleid van zowel het Hospice als Thuiswaken Wijchen, denkt dat het een met het ander te maken heeft. Dus vroeg hij vrijwillig thuiswaakster Ricy Loeffen om uit eigen ervaring mensen te overtuigen van de aantrekkelijke kanten van het vrijwilligerswerk dat zij verricht. Aantrekkelijke kanten?

Ricy Loeffen: “Ja, die zijn er, al zou ik het eerder ‘mooi’ of ‘dankbaar’ willen noemen. Maar toen mij een aantal jaren geleden tijdens Wijchen Present gevraagd werd of waken niet iets voor mij zou zijn, zei ik meteen: nee, niks voor mij. Ik kom ook niet uit de zorg, zei ik. Veel mensen denken dat je die ervaring nodig hebt, maar dat is helemaal niet zo. Je wordt vooraf natuurlijk wel goed voorbereid. Als ik nu vertel wat ik doe, reageren veel mensen met “Ik kan wel leuker vrijwilligerswerk bedenken”. En zo dacht ik er toen zelf ook over”. Maar nu niet meer.

Je doet het in eerste instantie voor de zieke. En om de mantelzorgers wat te ontlasten. Komen die, met name ’s nachts, al waak je soms ook overdag, ook eens aan hun rust toe. Maar het contact met de stervende is het belangrijkst. Ik vind het een eer dat mensen je in zo’n kwetsbare situatie toelaten in hun leven. Soms vertellen ze hun hele levensgeschiedenis. Dan denk ik, als ik ’s morgens naar huis rijd, ik ben er zelf rijker van geworden”. “Natuurlijk, je zit ook soms wel eens bij jongere mensen die hun kinderen nog op hadden willen zien groeien, die bang zijn, opstandig. Boos. Die vragen waarom het hun overkomt. Ik kan dan alleen zeggen dat ik er met lege handen zit, dat ik het ook niet snap en oneerlijk vind. Maar alleen dat al, je eigen machteloosheid tonen, dat kan ook al een vorm van steun en troost geven”.

Martijn: “Ik heb in de verslagen die er van elke zaak worden gemaakt, nog nooit van nabestaanden gehoord dat ze niet dankbaar waren voor wat de vrijwilliger voor hun en hun verwante heeft gedaan. Niemand is negatief. Alleen… we zitten nu met een wachtlijst, en dat is voor dit werk natuurlijk wel erg navrant. We hebben gemiddeld 9 vrijwilligers nodig voor een hulpaanvraag. Je mag namelijk maximaal 24 uur per maand waken. Maar we hebben zo’n 20 tot 25 aanvragen per jaar. Soms overlappen die elkaar, en dan heb je toch 20 tot 25 wakers nodig. Nu zijn er 9 mensen die als thuiswaker actief zijn. Voor ’t Hospice hebben we er 65 tot 70, daar is makkelijker aan te komen”.

Wie als thuiswaker wil bijdragen op moeilijke momenten wordt tijdens een intakegesprek vooraf gecheckt op geschiktheid. Zij krijgen vaardigheden aangeleerd. Maar, zegt Ricy, zelfs artsen kunnen niet voorspellen wanneer iemand overlijdt. Soms gaat het zo snel, dat je nabestaanden, als die er zijn, niet op tijd kunt waarschuwen. Tja. Daar kun je dan niks aan doen. Maar je kunt wel altijd de Achterwacht en de Thuiszorgorganisatie bellen als er hulp nodig is. En die komen dan ook snel, je staat er echt niet alleen voor”.

Wie meer wil weten over het waken bij mensen die door hun huisarts terminaal zijn verklaard en die geen verwanten in de buurt hebben of waarvan de mantelzorgers het zonder hulp niet aankunnen, kan zich melden tijdens kantooruren bij een van de coördinatoren, telefoon: 024-­‐6414905.

Dit bericht delen:

Advertenties